Hooidelta logo
vertelt u alles over hooibergen en hooicultuur

Verschillen tussen Nederlandse regio's

De vormgeving van de hooibergen volgt natuurlijke lijnen als rivieren, woeste vlakten etc.

Friesland , Drenthe en Groningen kennen bijna geen hooibergen (meer). Rond 1650 Friese paardwerden de oude boerderijen (langen huus) in Friesland geleidelijk vervangen door het huidige type. In deze regio's wordt het hooi opgeslagen in de boerderij zelf, boven de deel op de hilders. Het gaat daarom meestal om grote monumentale boerderijen en de havezathes. Bezoek daarvoor de site van het Openluchtmuseum .  Wartena Langhuus met vijfroederIn Friesland, in het dorp Wartena, staat het enig overgebleven Fries langhuis  met hooiberg. De boerderij is tevens museum. 

Tot midden vorige eeuw kwam  de zogenaamde  "kipe"  voor bij kleinere boerderijtjes/keuterijtjes of koemelkerijtjes. De kipe komt in grote lijnen overeen met de "kaakberg" van Noord Holland, het is een hooiberg waarvan het dak niet beweegt, en in het algemeen aan 3 of 4 kanten betimmerd en groen geschilderd. Het dak is meestal met pannen gedekt. De kipe nam op deze manier de plaats in van de schuur bij de grote boerderijen. Behalve voor hooi opslag werd de kipe gebruikt voor wagen en jongvee stalling. 

HOOI in de BOOT

Fryslân was vóór de tijd van watergemalen en grootschalige aanleg van ontsluitingswegen landbouwkundig gezien voor grote delen een vaarprovincie. Vooral door ruilverkavelingen werden de restanten van een vaargebied overbodig gemaakt. hooipraam fries

 

 

 

 

Photo taken on 3 November 2013 (© janwillemsen / Flickr)

Niet langer met praam - een grote schouw die werd ‘voortgeboomd' - maar over een verharde weg konden de weilanden worden bereikt. Er moest wat afgebeuld worden om hooi te winnen van weilanden die alleen over water bereikbaar waren. Paard en maaimachine in de praam. Dan bomen. Dan maaien. Bij drassige veenweidegronden werd onder de hoeven van een paard een plankje gemonteerd, om het paard niet te laten wegzakken. Na het maaien moest het gras drogen. Dan werd het een paar keer gekeerd. Daarna bijeen geharkt en op grote bulten ( reaken) geschoven met behulp van paardenkracht ( tiemje ). Later werden die hopen weer met handkracht in de praam geladen en naar de loswal gevaren. Daar moest het dan weer op een wagen geladen, de schuur ingereden en in het hooivak opgetast.

Halverwege de vorige eeuw werd hier en daar de praam nog wel gebruikt. Ook om na de oogst van de eerste snede van de miedlanden de koeien er naar toe te brengen.

Het hooi steekt over de rand van de praam, om zoveel mogelijk in één vaart mee te nemen. Het hooi werd op een vakkundige manier opgetast: een arm met hooi, door de opsteker met een vork aangereikt, werd half opgerold en op een hoek iets over de rand van de praam neergelegd. De volgende kwam daar dwars overheen. Als dat hoekstuk was gelegd, werden de ander halve rollen er nauw op aangesloten, zó dat de half onderliggende rol werd geklemd. Zo werd laag na laag opgebouwd, waardoor het hooi geen kans kreeg om uit elkaar te glijden.

Met dank aan S.P. Hoekstra uit Gytsjerk. 

Drenthe

Drente kent nauwelijks nog oudere houten bergen, de ijzeren komt algemeen voor. De bergtypen waren divers,  we vinden vier en vijfroeders, met of zonder tasschuur.

I1698.JPGn de zuid west hoek van Drenthe, zo in het gebied tussen Meppel, Hoogeveen, Beilen en Wolvega ligt een gebied dat veel lijkt op het zuidelijker Noord West Overijssel. Het is een fraai natuurgebied met veel afwisseling en oude plaatsen. Kenmerkend zijn de grote boerderijen met  rietgedekte daken: type hallehuis.

Het hallehuis is een Saksisch boerderijtype dat voorkomt in Drente , Oost- en Midden-Nederland. Van oorsprong is het een langgestrekt, driebeukig gebouw met de deel in het midden en de stallen aan weerszijden. In de Stellingwerven (in het oosten van Friesland) komt een hallehuistype voor met een rietgedekt dak (er was immers genoeg riet voorhanden in de omgeving). In deze zanderige streek was de behoefte aan mest groter dan in de rest van Friesland, waardoor de potstal het er langer heeft volgehouden. Het hallehuistype dat rond het Overijsselse Staphorst voorkomt, wordt door zijn langgerekte vorm wel eens - onterecht - ingedeeld bij het langgeveltype .

Deze regio is nog rijk aan vlechtwerk: te bewonderen aan de strooien wanden van de bergen en de boerderijen. 

Noord Holland 

Veel hooibergliteratuur vermeldt dat Noord Holland boven de lijn Amsterdam-Ijmuiden geen rieten kapbergen  kende. Echter, al in 1350 werd gerept van het bestaan van de vijzel- of kapberg in West Friesland. Maar een en ander  deert niet want er zijn twee andere interessante opslagplaatsvormen voor hooi. De in West Friesland Stolpboerderijoverheersende stolpboerderij is gebouwd op hooiopslag binnen de boerderij. Wat zeer onbekend is dat in de 16e en 17e eeuw de stolpboerderij werd geexporteerd naar Eidersteds, Sleeswijk Holstein om daar na grote glorie (meer dan 100 exemplaren) hetzelfde lot te ondergaan als de stolp (nl. nu nog maar 40 exemplaren). 

t1900.JPGDe hooihuisboerderij is zeer uniek en treffen we alleen aan in Waterland. Van noordwest bijSaendelft tot noordoost Ransdorp boven Amsterdam. Voor zover bekend is deze opslagvorm nooit besproken in hooibergliteratuur. Maar heel opvallend, aan de andere kant van de Zuiderzee, in Blokzijl, staan ook hooihuisboerderijen....

t1921.JPGIn Waterland, noordoostelijk van Amsterdam liggen plaatsjes als Uitdorp, Ransdorp, Holysloot en het fraaie oude Monnikendam. Meer noordwestelijk liggen plaatsen als de Rijp, Neck, Midden Beemster, Landsmeer. Den Ilp, en nog verder westelijk in Zaanland onder meer SaenDelft.  In deze hele ring noordelijk van  Amsterdam  treffen we nog  de hooihuisboerderij aan. Het bestaat uit een woonhuisdeel, daaraan een staldeel en daaraan een betimmerde hooiberg met kap: kaakberg . Het kaakbergdeel torent overal over de andere bebouwing uit. De echte hooihuisboerderij is zeldzaam , meestal is er een mengvorm met stolp en losstaande kaakberg. In Ransdorp treffen we een dubbele aan, in Monnikendam twee zeer fraai gerestaureerde aan een gerestaureerde kleine boerderij. Sommige kaakbergen zijn tot woonruimtes verbouwd. Ook staat de kaakberg model voor nieuwbouwwoningen in dit gebied. 

Heel speciaal is het PANNENHOOIHUIS, nu bedreigd : Uit het tijdschrift Monumenten: Slechts een enkele siert hier en daar nog een dorpsgezicht of landschap in Waterland en de Zaanstreek in Noord-Holland. In stilte verdwijnt de één na de ander. Het t1418.JPGpannenhooihuis, ook bekend als pannenkaakberg, of pannenberg. In de jaren '70 waren er nog rond de twintig, in 2003   nog twaalf. Onlangs is er een exemplaar gesloopt, binnenkort gaat de volgende tegen de vlakte en de sloopvergunning voor de derde is al verleend. Een kwart van het bestand verdwijnt dus in een jaar tijd!

Wie taalt er straks nog naar deze bijzondere telg uit de op zichzelf al bedreigde kleine familie van de hooihuizen. De familie die met zijn tweegebints houtskelet een sleutelrol speelde in de ontstaansgeschiedenis van de Noord-Hollandse stolp. Een nadere kennismaking met een acuut bedreigde soort:

 


(Gedeelte uit een artikel in het tijdschrift MONUMENTEN nr. 1/2, jan/feb. 2003) :

Pannenhooihuis, geen kapberg 
U fietst door een karakteristiek polderdorpje in Waterland, de Zaanstreek of de Beemster. Plotseling ziet u een kleine pannenkap - een tentdak of een kort schilddak - boven de reguliere oude bebouwing uitsteken. Daaronder verwacht u het gebruikelijke metselwerk met wat vensteropeningen, of bijvoorbeeld houten beschot. Maar niets van dat alles deze keer! De relatief hoge gevels zijn tot uw verbazing, op de houten hooideuren na, ook geheel met dakpannen bekleed. Als dat u overkomt, sta dan even stil. U kijkt naar een exemplaar van een uitstervende soort. U kijkt naar een zonderlinge tak van de hooihuizenfamilie wier geraamte ‘het vierkant' al meer dan vier eeuwen terug de kern vormde waaromheen de stolp zich ontwikkelde, het pannenhooihuis. Een houten constructie van twee gebinten op vier poeren met een vierkante plattegrond en een vaak dubbele dwars- en lengteschoring vormt het skelet van elk hooihuis.

Een permanente constructie voor hooiopslag die we nog in klein aantal kunnen aantreffen: versies met hout beschoten zijwanden en het onderhavige pannenhooihuis, waarvan de zijwanden geheel of gedeeltelijk met pannen zijn bekleed. De familie van het hooihuis onderscheidt zich overigens principieel van die van de veel bekendere kapberg. De kapberg heeft een flexibele en langs roeden verstelbare kap. Constructief gezien heeft de kapberg een geheel eigen geschiedenis en, behalve de agrarische functie, geen band met de boerderij waarbij hij is geplaatst. Verder heeft hij ook een veel groter verspreidingsgebied. Het hooihuis daarentegen met zijn stijve gebintconstructie met vaste kap, heeft juist een specifieke historische relatie met de boerderijen in en direct om zijn kleine verspreidingsgebied. 

Uniek 
De Noord-Hollandse stolpboerderij heeft een bijzondere ontstaansgeschiedenis. Van weinig historische gebouwtypen zijn zoveel uiteenlopende varianten in zo'n gering verspreidingsgebied vertegenwoordigd. De Noord-Hollandse stolp ontstond al in de 17de eeuw en de ontwikkeling ernaartoe (die over meerdere sporen lijkt te hebben gelopen) begon al in de 15de eeuw. Van bijna elke variant (van opslag- of veeschuur tot boerderij) vanaf die 15de eeuw, bleken in de eeuwen daarna exemplaren te blijven voortbestaan. Ook bij nieuwbouw werd na de 17de eeuw nog op meerdere van die varianten teruggegrepen. De kern van al die gebouwen, de uit twee gebinten opgebouwde vierkante constructie, vormt de rode draad in de hele geschiedenis van al de stolpvarianten in Noord-Holland. Die kern is identiek aan de constructie van het hooihuis. 

Nader onderzoek 
Nader onderzoek en beschrijving zijn op korte termijn geboden. Het objectief vaststellen van de cultuurhistorische waarde is nodig om te komen tot een beschermde status van het pannenhooinuis. Dit weliswaar simpele gebouwtype, dat als familie zo'n cruciale rol heeft gespeeld in de geschiedenis van de Noord-Hollandse boerderijbouw en nog zo'n markant accent vormt in enkele dorpsgezichten en landschappen, verdient beter dan de stille ondergang die thans in het verschiet ligt. Gelukkig worden momenteel met name door de Stichting Cultureel Erfgoed Noord-Holland inspanningen verricht om te komen tot een betere bescherming van de nog resterende pannenhooihuizen. 2013 was het jaar van de boerderij. Laten we ook het pannenhooihuis niet vergeten. 


Toch zijn hier en daar hooibergen te vinden. Het gaat dan om de ijzeren hooiberg. 

In het Noord Hollands plassengebied grenzend aan het Utrechts plassengebied zijn daarentegen heel veel en heel mooie oude hooibergen te vinden, met rieten dak zowel als golfplaatdak. Dit gebied loopt over in het Zuid Hollandse Groene Hart. Dat doet het ook op deze site.  Kijk daarom ook in de regio's Utrecht en ZuidHolland en het Plassengebied.

Gooi en Vechtststreek

Naarden had stadsboerderijen. Kijk maar eens bij Kunst/Proza. Muiden en Muiderberg hadden gewone boerderijen en nu nog staan er veel ijzeren bergen.

Vanouds is de Gooi en Vechtstreek en het Eemgebied een gebied met veel hooibergen. In deze regio zijn nog veel hooibergen met rieten kap te vinden. Het gebied gaat zuidwestelijk vloeiend over in het Utrechts/Noordhollands. plassengebied, en oostelijk in het Veluws en rond het Amersfoortse. De bouwstijl is in het hele gebied hetzelfde en lijkt op die van de Veluwe: vooral vierroeders en een enkele tweeroeder. Vooral Eemnes en Blaricum zijn een bezoek waard. In 2008 verscheen een boekwerk over de hooibergen in Blaricum van Suzan Jurgens. Niet voor niets: het is het hooibergMekka van de Randstad. Enkele tips/info: Blaricum De Gooise boerderij is een Saksisch hallehuis met lage zijgevels waarin grote deuropeningen zitten. Frequent ontbreken de hoge zijdeuren en zitten die aan de achterkant.Het Gooi was altijd een arm gebied met schrale grond. 's Winters kochten veel boeren extra vee om 's zomers meer grond te bemesten. Er was dus ook meer opslagruimte nodig voor hooi. In de deel van een Gooise boerderij  stond vaak een weefgetouw dat voor extra inkomsten zorgde.  Wandell1222.JPG vanuit het centrum van Blaricum naar het Fransepad via de Brink. De eerste grote boerderij is van Bakker, daarachter staat een berg met vijf roeien en strooien kap. Kijk daar op die plek eens om je heen en dan zijn er vijf bergen te ontdekken. Er zijn er nog veel meer, 2118.JPGmet de fiets Blaricum in is de moeite waard. Iets zuidelijker van de afslag Gebr. Dooyeweerd langs het Franse pad staat de boerderij van Ben Bakker met een strooien dakberg. De typische Saksische boerderij met hoge deuren in de zijgevel, hoge deuren in de achtergevel, en woondeel aan de koeiendeel vast is nog in oude staat, de berg wordt nog gebruikt en een en ander doet denken aan het schilderij van Ko Breman, Larense school (zie bij schilderijen). Ben is rond de zestig en nog een van de slechts 4 boerende boeren in Blaricum (vroeger meer dan veertig). Ben en zijn vrouw Jannie pogen de oude boerencultuur hoog te houden. Ze laten graag alles op en om de boerderij zien. In 2006 kregen ze bezoek van Amerikanen om kennis te leveren voor de bouw van een hooiberg in de Hudsonvalley. Als dank daarvoor hier ook wat impressiefoto's van de boerentuin , de kruidenhoek, en de bergomgeving. Ben repareert zelf jaarlijks het dak, in de database staan er foto's van. De broer van Ben, Kees, boerde aan de Angerechtseweg. Nu is de zaak overgenomen door de dochter en zijn er de lekkerste asperges uit het Gooi te halen! En bij ijsbar de Hoop in het centrum is het lekkerste ijs uit in ieder geval Nederland te krijgen, met zicht op een oude vijfroeder!

blaricum/blaricum_bakker1 (2).JPGBlaricum was altijd het  nederlandse dorp met de meeste hooibergen.

 

 

Twente

Twente is een verhaal apart. Vanaf 1850 kwam daar in Oost Twente pas echt weide areaal vrij. En trok de hooiberg op. In West Twente daarentegen tierde en tiert de hooiberg nog welig, en soms zijn bij boerderijen nog bergen in de verschillende stadia van ontwikkeling naast elkaar te zien. Vooral Rijssen en Wierden kennen er veel. Rond Markelo stonden bergen met een zodanige constructie dat ze verplaatsbaar waren. Ze zijn dan ook bijna allemaal weg nu. Maar de gemeente Markelo heeft een plan opgesteld om tot herstel over te gaan

Markelo is een hooiberg Eldorado. PachtersbergHier aan de Luttikseweg 8 staat een oud bergje, van 300 jaar oud eikenhout, opnieuw opgebouwd in 1945 en gerestaureerd in 2005. Maak een praatje met de eigenaar!

 

 

Meer tonen
Website mede mogelijk gemaakt door